Voddenpakhuis Anthoniedijk.

In de vijftiger jaren van de vorige eeuw is A. Kaptein een lompen, papier en metalen handel aan de Anthoniedijk begonnen. Het was in de tijd dat voddenboeren langs de deuren gingen om vodden op te kopen. Tot in de jaren zestig kwam de voddenboer door de straat met een bakfiets of handkar. Oude kleding die hem werd aangeboden, werd gewogen met behulp van een weeghaak. Als kinderen vodden aanboden woog hij het niet eens, dan gaf hij maar wat. Later kocht hij ook oud papier en metalen op. Toen de mensen het beter kregen verdween de voddenboer uit het straatbeeld. Vodden of oude kleren werden daarna geschonken aan kringloopwinkels.

Wij, de jeugd, haalden oude kranten op in Tuindorp, ook die gingen naar Kaptein. Sommige jongens wisten nog een andere manier om aan geld te komen. Als een voddenboer bij Kaptein naar binnen ging en zijn bakfiets voor de deur stond, haalde ze zo nu en dan wat van zijn bakfiets af. Als de voddenman weer was vertrokken leverden ze dat in bij Kaptein. Hetzelfde gebeurde met de verzamel-ijzercontainer van Kaptein die op de Anthoniedijk stond. Kaptein kocht dan zijn ‘eigen’ ijzer, maar dat zal hij wel geweten hebben. Dat was een centen kwestie, dat liet hij maar zo en dan had hij verder geen last van ze. 

Ooit was men aan de Anthoniedijk in rep en roer toen er plotseling een rechercheur van politie voor de deur stond. Het volgende was gebeurd: 

(Krantenbericht 1960 Utrechtsch Nieuwsblad.)

Een Utrechtse student, de 28 jarige D.J.N. heeft iets meegemaakt dat meestal in een nachtmerrie pleegt voor te komen: een spaarbankboekje met 3600 gulden raakte tussen de oude kranten en werd zo aan een voddenboer meegegeven. ’s Middags miste hij het boekje en besefte hij dat de opkoper, die een stapel papier bij hem weggehaald had, ook het waardevolle boekje meegenomen had. De student ging naar het politiebureau en die lieten daar alle portretten van de erkende voddenboeren zien. De heer Tiernagan van de Lijnweg bleek de man te zijn met wie hij zaken had gedaan. In gezelschap van een rechercheur ging hij naar de Lijnweg, maar het papier was al doorverkocht. 

Op naar de Anthoniedijk, naar handelaar  Kaptein. Daar hebben de rechercheur, handelaar Kaptein, zijn voorman en voddenboer Tiernagan, anderhalf uur lang een paar ton oude kranten doorzocht. Tot grote vreugde van de student werd het boekje teruggevonden. Hij was uitermate dankbaar. De heer Kaptein en zijn knecht zouden er meer van horen beloofde hij. Maar men had aan de Anthoniedijk nog niets van hem gehoord. Het zou anders wel leuk geweest zijn, zei men daar. Maar wat niet is, kan nog komen. Later is Kaptein in Overvecht een sorteercentra begonnen, waar textiel werd uitgezocht op kwaliteit en soort. De hoofdmoot was nog draagbare kleding, dat werd naar het midden oosten verkocht. Via een advertentie in het Utrechtsch Nieuwsblad zocht Kaptein partners voor deelname in zijn bedrijf.

 

Vanaf 1974 runde G. van Doorn een soortgelijke groothandel in het pand aan de Anthoniedijk. Het was de hele dag door een komen en gaan van voddenmannen en particulieren. De drukste dag was de vrijdag, dan kwamen ook de bouwvakkers, die hun opgespaarde metaalwaren brengen. Op 25 mei 1983 werd de lompenhandel in de brand gestoken, waardoor het bedrijf grotendeels verwoest werd. Op verdenking van brandstichting heeft de politie een familielid van de eigenaar aangehouden. De man zou telefonisch hebben gedreigd ”dat er iets ernstigs zou gaan gebeuren". Sinds 2002 is het bedrijf gevestigd aan de Groenewoudsedijk te Utrecht.

Het pakhuis aan de Anthoniedijk is in eerste instantie gebruikt als opslag door de heetwaterstokerij Arie van der Hagen uit de Hoogstraat. Daarna is A. Kaptein er een lompen, papier en metalen handel begonnen. Vanaf 1974 heeft G. van Doorn daar zijn groothandel gehad. In 2002 is G.van Doorn naar de Groenewoudsedijk gegaan.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.